De brute burgeroorlog in Soedan: de twee mannen die het conflict voeden

20

Soedan vervalt verder in chaos terwijl een meedogenloze burgeroorlog escaleert, waarbij twee sleutelfiguren het geweld aandrijven: generaal Abdel Fattah al-Burhan, leider van het Soedanese leger, en Muhammad Hamdan Dagalo (Hemedti), commandant van de Rapid Support Forces (RSF). Het conflict bereikte onlangs een kritiek punt toen de RSF de controle over El Fasher overnam, waardoor het land feitelijk verdeeld werd. Dit komt na maanden van escalerende mensenrechtenschendingen van beide kanten, waarbij burgers tussen het kruisvuur terechtkwamen.

De wortels van het conflict

De huidige crisis staat niet op zichzelf, maar komt voort uit tientallen jaren van geweld en instabiliteit in Soedan. Zoals Alex DeWaal, een expert op het gebied van de regio, uitlegt, zijn zowel Burhan als Hemedti producten van deze lange cyclus van conflicten. Hun opkomst aan de macht weerspiegelt een meedogenloze politieke cultuur waarin overleven afhangt van wreedheid. De situatie wordt verder gecompliceerd door externe belangen, waaronder de betrokkenheid van Saoedi-Arabië, die heeft aangedrongen op interventie, maar zonder de fundamentele oorzaken van de oorlog aan te pakken.

De commandanten: Burhan en Hemedti

Generaal Abdel Fattah al-Burhan, een militaire officier, heeft een gemengde staat van dienst. Hij diende eerder in de oorlog in Darfur en werd tijdens het conflict in Jemen betaald door Saoedi-Arabië en de VAE. Hoewel hij beweert de Soedanese regering te vertegenwoordigen, vertrouwt zijn coalitie op meedogenloze islamistische brigades om de macht te behouden. Zijn voornaamste doel lijkt het herstel van de status quo van vóór het conflict te zijn, hoewel dit steeds onhoudbaarder wordt gezien de wijdverbreide civiele tegenstand.

Muhammad Hamdan Dagalo (Hemedti), leider van de RSF, is een ander soort operator. Hij klom door de gelederen als een meedogenloze commandant in Darfur, bekend om het orkestreren van bloedbaden. Na verloop van tijd werd hij een rijke zakenman die goudmijnen controleerde en een privéleger opbouwde. In tegenstelling tot Burhan probeert Hemedti de staat niet opnieuw op te bouwen, maar eerder om de macht voor zichzelf en zijn familie te consolideren, waardoor Soedan in een persoonlijk leengoed verandert.

De escalatie van geweld

De recente overname van El Fasher door de RSF markeert een keerpunt. De stad werd al achttien maanden belegerd en burgers leefden in terreur toen de RSF drone-aanvallen uitvoerde, ziekenhuizen onder vuur nam en zich voorbereidde op een brutale grondaanval. Rapporten uit de regio bevestigen gruwelijke wreedheden: mannen worden op straat vermoord, vrouwen worden verkracht in het bijzijn van hun families. Het is verontrustend dat de RSF haar misdaden op video documenteert en geniet van de brutaliteit.

Hemedti’s troepen zijn ook beschuldigd van het plegen van genocidale campagnes in Darfur, waaronder het systematisch plunderen en terroriseren van Khartoem. Deze acties tonen een volledige minachting voor burgerlevens en het internationaal recht.

De cyclus van geweld

Het conflict in Soedan is niet louter een machtsstrijd; het is een symptoom van diepere systemische mislukkingen. Zoals DeWaal opmerkt, heeft de druk van armoede, hongersnood en decennia van oorlog een meedogenloze politieke cultuur voortgebracht. De cyclus gaat door: de ene meedogenloze leider verdringt de andere, waarbij elke generatie wordt gevormd door geweld. De onderliggende problemen blijven onopgelost, waardoor toekomstige generaties waarschijnlijk hetzelfde lot zullen ondergaan.

Het conflict in Soedan is een duidelijke herinnering dat ongecontroleerd geweld tot meer geweld leidt, en dat de cyclus zichzelf alleen maar in stand zal houden als de diepere oorzaken niet worden aangepakt.